FED 1993/443
Na het uitspreken van het echtscheidingsvonnis worden de huwelijkse voorwaarden gewijzigd waarbij de uitsluiting van iedere gemeenschap van goederen wordt omgezet in een beperkte gemeenschap waarin onder andere het woonhuis, dat voordien in eigendom toebehoorde aan de man, komt te vallen. Na de inschrijving van het echtscheidingsvonnis wordt de gemeenschap gedeeld, waarbij de vrouw het woonhuis krijgt toebedeeld. HR: Er is sprake van boedelmenging en verdeling van een huwelijksgemeenschap, zodat de verkrijging door de vrouw onbelast is.
HR 14-04-1993, ECLI:NL:HR:1993:ZC5317, m.nt. J.S. Rijkels
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
14 april 1993
- Magistraten
Stoffer; Wildeboer; Urlings; Zuurmond; Herrmann; Moltmaker
- Zaaknummer
27 789
- Noot
J.S. Rijkels
- LJN
ZC5317
- JCDI
JCDI:ADS210216:1
- Vakgebied(en)
Onbekend (V)
Belastingen van rechtsverkeer / Algemeen
Belastingrecht algemeen / Algemeen
Fiscaal bestuursrecht / Fraus legis en richtige heffing
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:1993:ZC5317, Uitspraak, Hoge Raad, 14‑04‑1993
- Wetingang
Art. 3, aanhef en letters a en b, Wet BRV
Essentie
Na het uitspreken van het echtscheidingsvonnis worden de huwelijkse voorwaarden gewijzigd waarbij de uitsluiting van iedere gemeenschap van goederen wordt omgezet in een beperkte gemeenschap waarin onder andere het woonhuis, dat voordien in eigendom toebehoorde aan de man, komt te vallen. Na de inschrijving van het echtscheidingsvonnis wordt de gemeenschap gedeeld, waarbij de vrouw het woonhuis krijgt toebedeeld. HR: Er is sprake van boedelmenging en verdeling van een huwelijksgemeenschap, zodat de verkrijging door de vrouw onbelast is.
Uitspraak
Het geschil betrof een naheffingsaanslag overdrachtsbelasting 1988.
Vaststaat:
2.1. Belanghebbende, geboren in 1937, en B, zijn in 1969 met elkander ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.