Maatschap tussen echtgenoten; aanvangstijdstip. Kostenveroordeling

Documentgegevens:

HR 12-02-1997, ECLI:NL:HR:1997:ZC6565

Instantie: Hoge Raad
Datum: 12 februari 1997
Magistraten: Jansen; Linde, van der; Bellaart; Putt-Lauwers, van der; Brunschot, van
Zaaknummer: 31 539
LJN: ZC6565
Vakgebied(en): Onbekend (V)
Belastingrecht algemeen / Algemeen
Inkomstenbelasting / Algemeen
Brondocumenten: ECLI:NL:HR:1997:ZC6565, Uitspraak, Hoge Raad, 12‑02‑1997
Wetingang: Art. 5a Wet ARB; art. 6 Wet IB 1964

Essentie

Samenvatting

Belanghebbende is firmant in een garagebedrijf; zijn echtgenote verricht werkzaamheden ten behoeve van het bedrijf. Belanghebbende sluit in juni 1991 met de echtgenote een overeenkomst van maatschap, ingaande 1 januari 1991; door ieder der maten wordt ingebracht arbeid, vlijt, kennis, ervaring, relaties, en vergunningen; belanghebbende brengt tevens zijn aandeel in de firma in; de rechten en verplichtingen als vennoot van de firma blijven aan belanghebbende toekomen, en de werkzaamheden als zodanig worden uitsluitend door hem uitgeoefend. De resultaten uit de (onder)maatschap komen, na rentevergoeding, voor 65% aan belanghebbende en voor 35% aan de ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.