FED 1988/142
Cassatieberoep tegen een beslissing van het gerechtshof, inhoudende aanhouding van de uitspraak en schorsing van het geding in verband met een verzoek aan het HvJ te Luxemburg om een prejudiciele uitspraak te doen over de uitleg van art. 3, tweede lid van de EEG-richtlijn van 17 juli 1969 (nr. 69/335/EEG) betreffende de indirecte belastingen op het bijeenbrengen van kapitaal, is niet-ontvankelijk.
HR 23-12-1987, ECLI:NL:PHR:1987:AW7532, m.nt. J.S. Rijkels
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
23 december 1987
- Magistraten
Dijk, Van; Vucht, Van; Stoffer; Verburgh; Wildeboer; Moltmaker
- Zaaknummer
24 564
- Noot
J.S. Rijkels
- LJN
AW7532
- JCDI
JCDI:ADS205502:1
- Vakgebied(en)
Fiscaal procesrecht / Algemeen
Internationaal belastingrecht / Algemeen
Belastingrecht algemeen / Algemeen
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:1987:AW7532, Uitspraak, Hoge Raad, 23‑12‑1987
ECLI:NL:PHR:1987:AW7532, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 23‑12‑1987
- Wetingang
Essentie
Cassatieberoep tegen een beslissing van het gerechtshof, inhoudende aanhouding van de uitspraak en schorsing van het geding in verband met een verzoek aan het HvJ te Luxemburg om een prejudiciele uitspraak te doen over de uitleg van art. 3, tweede lid van de EEG-richtlijn van 17 juli 1969 (nr. 69/335/EEG) betreffende de indirecte belastingen op het bijeenbrengen van kapitaal, is niet-ontvankelijk.
Uitspraak
Het geschil betreft het al of niet verschuldigd zijn van kapitaalsbelasting ter zake van in mei 1983 door het AMRO Aandelen Fonds uitgegeven participaties.
Vaststaat:
Belanghebbende, X Fonds te Z, is een beleggingsfonds voor gemeenschappelijke ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.