BNB 1997/115
Het oordeel van het Hof inzake brutering was niet buiten de rechtsstrijd
HR 11-12-1996, ECLI:NL:HR:1996:AA1787, m.nt. W.A. Sinninghe Damsté
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
11 december 1996
- Magistraten
Stoffer; Urlings; Zuurmond; Fleers; Pos
- Zaaknummer
30 198
- Noot
W.A. Sinninghe Damsté
- LJN
AA1787
- JCDI
JCDI:ADS887680:1
- Vakgebied(en)
Onbekend (V)
Loonbelasting / Algemeen
Belastingrecht algemeen / Algemeen
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:1996:AA1787, Uitspraak, Hoge Raad, 11‑12‑1996
- Wetingang
Essentie
Het oordeel van het Hof inzake brutering was niet buiten de rechtsstrijd
Samenvatting
Belanghebbende is aansprakelijk gesteld voor een wegens uitbetaling van zwart loon opgelegde naheffingsaanslag loonbelasting/premie volksverzekeringen. De Inspecteur heeft de naheffingsaanslag berekend met toepassing van het anoniementarief en met brutering. Het Hof oordeelt dat het anoniementarief terecht is toegepast omdat de werknemers hun gegevens die zij verplicht zijn te verstrekken, waaronder naam, adres en woonplaats, niet hebben verstrekt. Daaraan doet niet af dat het mogelijk is gebleken achteraf van een aantal werknemers de namen en adressen te achterhalen. De brutering had echter volgens het Hof (nog) niet ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.