BNB 1999/92
Parkeergarage is geen voorziening, uitsluitend verschaft voor bedrijfsdoeleinden
HR 20-01-1999, ECLI:NL:HR:1999:AA2644, m.nt. M.E. van Hilten
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
20 januari 1999
- Magistraten
Jansen, R.J.J.; Moor, de; Brunschot, van; Vliet, van; Hammerstein
- Zaaknummer
34 256
- Noot
M.E. van Hilten
- LJN
AA2644
- JCDI
JCDI:ADS887933:1
- Vakgebied(en)
Onbekend (V)
Omzetbelasting / Algemeen
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:1999:AA2644, Uitspraak, Hoge Raad, 20‑01‑1999
- Wetingang
Art. 1, eerste lid, onderdeel c, BUA; art. 13 Uitv. Besch. OB 1968
Essentie
Parkeergarage is geen voorziening, uitsluitend verschaft voor bedrijfsdoeleinden
Samenvatting
Belanghebbende heeft bij haar kantoor een parkeergarage laten bouwen die door haar werknemers kosteloos kan worden gebruikt. De omstandigheden dat het voor haar werknemers noodzakelijk is de eigen auto in de directe nabijheid ter beschikking te hebben en dat de parkeermogelijkheden in de directe omgeving van het kantoor beperkt zijn, brengen volgens het Hof niet mee dat kan worden gesproken van een voorziening die slechts wordt verstrekt voor bedrijfsdoeleinden als bedoeld in het arrest HvJ EG 16 oktober 1997, zaak C-258/95 (Fillibeck).
HR: Dat oordeel geeft niet blijk van ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.