Inhoudsopgave
V-N 2001/62.30:BELASTING VAN PERSONENAUTO'S EN MOTORRIJWIELEN. EUROPEES RECHT; Verhuisboedelvrijstelling. Uitleg van de begrippen "persoonlijk goed" en "bezit". Strijdigheid art. 10 Wet BPM met gemeenschapsrecht?
V-N 2001/62.30
BELASTING VAN PERSONENAUTO'S EN MOTORRIJWIELEN. EUROPEES RECHT; Verhuisboedelvrijstelling. Uitleg van de begrippen "persoonlijk goed" en "bezit". Strijdigheid art. 10 Wet BPM met gemeenschapsrecht?
Conclusie Advocaat-Generaal Ilsink, 27 juli 2001, nr. 36 729
Documentgegevens:
Datum 27-07-2001
- Datum
27-07-2001
- Bronauteur
A-G Ilsink
- JCDI
JCDI:ADS792421:1
- Vakgebied(en)
Onbekend (V)
Belastingheffing van motorrijtuigen / Belasting van personenauto's en motorrijwielen
Europees belastingrecht / Algemeen
- Wetingang
Art. 10 Wet BPM 1992; art. 14 Wet BPM 1992; Vo. (EEG) nr. 918/83; art. 95 (oud) EG-verdrag; art. 90 (nieuw) EG-Verdrag
Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
X is in Oostenrijk in loondienst werkzaam geweest voor A GmbH. Vanaf 18 oktober 1996 tot en met 4 december 1997 heeft A aan X een personenauto ter beschikking gesteld. Gedurende die periode was A eigenaar van de auto en had X met uitsluiting van ieder ander de auto volledig tot zijn beschikking. Bij de ingebruikname van de auto heeft A aan X een voorkeurskooprecht toegekend. X is ultimo 1997 overgeplaatst naar de in Nederland (gemeente Q) gevestigde B BV, een vennootschap die behoort tot hetzelfde concern als de werkgever. In verband met deze overplaatsing heeft X op 15 december ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.