BNB 1997/43
Behoorlijke implementatie van richtlijnbepaling. Resolutie inzake speelautomaten geldt niet als implementatie
HR 04-09-1996, ECLI:NL:HR:1996:AA2045, m.nt. J.M.F. Finkensieper
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
4 september 1996
- Magistraten
Jansen, R.J.J.; Linde, van der; Bellaart; Moor, de; Putt-Lauwers, van der
- Zaaknummer
31 456
- Conclusie
A-G mr. Van den Berge
- Noot
J.M.F. Finkensieper
- LJN
AA2045
- JCDI
JCDI:ADS887675:1
- Vakgebied(en)
Onbekend (V)
Omzetbelasting / Algemeen
Belastingrecht algemeen / Algemeen
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:1996:AA2045, Uitspraak, Hoge Raad, 04‑09‑1996
- Wetingang
Essentie
Behoorlijke implementatie van richtlijnbepaling. Resolutie inzake speelautomaten geldt niet als implementatie
Samenvatting
Art. 11, letter A, eerste lid onder a, van de Zesde richtlijn is in art. 8 van de Wet OB 1968 naar behoren omgezet in nationaal recht. Het bepaalde in een resolutie, in casu de Resolutie van de Staatssecretaris van Financiën van 6 januari 1988, nr. 287-7131 inzake de heffing over de opbrengst van speelautomaten, kan niet gelden als een implementatie van een richtlijnbepaling. Onjuiste toepassing van zodanige bepaling leidt niet tot opschorting van de nationale beroepstermijnen. Het Emmott-arrest van het HvJ EG heeft op een dergelijke ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.