BNB 1995/3
HR, 21-09-1994, nr. 29 835
HR 21-09-1994, ECLI:NL:HR:1994:AA2938, m.nt. J.P. Scheltens
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
21 september 1994
- Magistraten
Stoffer; Wildeboer; Urlings; Herrmann; Fleers
- Zaaknummer
29 835
- Noot
J.P. Scheltens
- LJN
AA2938
- JCDI
JCDI:ADS887301:1
- Vakgebied(en)
Onbekend (V)
Belastingrecht algemeen / Algemeen
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:1994:AA2938, Uitspraak, Hoge Raad, 21‑09‑1994
- Wetingang
Art. 28, eerste lid, Invorderingswet 1990
Samenvatting
Uitstel van betaling van voorlopige aanslag gevraagd en verkregen in verband met te verwachten teruggave, welke bij de definitieve aanslag ook volgt. Dan geen invorderingsrente verschuldigd ter zake van het verkregen uitstel
Op 31 augustus 1991 is belanghebbende op haar verzoek een nadere voorlopige aanslag in de inkomstenbelasting opgelegd ten bedrage van f 16 022, welke aanslag op 31 oktober 1991 betaald diende te zijn. Op grond van de door belanghebbende eind oktober 1991 ingediende aangifte was de nadere voorlopige aanslag f 13 556 te hoog. In verband daarmede is op verzoek van belanghebbende door de Ontvanger uitstel ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.