HR, 19-06-1996, nr. 30 883

Documentgegevens:

HR 19-06-1996, ECLI:NL:HR:1996:AA1911

Instantie: Hoge Raad
Datum: 19 juni 1996
Magistraten: Stoffer; Urlings; Jansen, C.H.M.; Fleers; Pos
Zaaknummer: 30 883
LJN: AA1911
Vakgebied(en): Internationaal belastingrecht / Voorkoming van dubbele belasting
Brondocumenten: ECLI:NL:HR:1996:AA1911, Uitspraak, Hoge Raad, 19‑06‑1996
Wetingang: art. 15 Belastingverdrag Nederland-Verenigd Koninkrijk 1980; art. 16 Belastingverdrag Nederland-Spanje 1971

Uitspraak

Belanghebbende, X, was in 1991 in Nederland woonachtig en directeur van E BV. E BV is onderdeel van een internationaal concern. X is verantwoordelijk voor de Europese tak van het concern. X' salaris is geheel betaald door E BV die de moedermaatschappij is van alle Europese werkmaatschappijen van het concern. E BV sloot met haar Europese werkmaatschappijen service agreements. Ingevolge de service agreements dienen de werkmaatschappijen aan E BV een service fee te betalen, waarvan de omvang afhankelijk is van de omzet van de werkmaatschappijen. Op deze wijze worden nagenoeg alle kosten van E BV aan de werkmaatschappijen in ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.