BNB 1986/86
HR, 04-12-1985, nr. 22 861
HR 04-12-1985, ECLI:NL:PHR:1985:AW8141, m.nt. Van Dijck
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
4 december 1985
- Magistraten
Dijk, Van; Vucht, Van; Vorm, Van Der; Stoffer; Baardman
- Zaaknummer
22 861
- Noot
Van Dijck
- LJN
AW8141
- JCDI
JCDI:ADS886273:1
- Vakgebied(en)
Fiscaal procesrecht / Algemeen
Loonbelasting / Algemeen
Belastingrecht algemeen / Algemeen
Inkomstenbelasting / Algemeen
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:1985:AW8141, Uitspraak, Hoge Raad, 04‑12‑1985
ECLI:NL:PHR:1985:AW8141, Conclusie, Hoge Raad (Parket), 04‑12‑1985
- Wetingang
Art. 22 IB '64
Samenvatting
Voordelen uit aan- en verkoop van effecten. Hof zag daarin inkomsten uit dienstbetrekking, althans andere inkomsten uit arbeid. Motiveringsgebrek.
Belanghebbende, in dienstbetrekking bij een bank, verrichtte ten eigen bate effectentransacties welke hem belangrijke voordelen opleverden. Het Hof beschouwde deze voordelen als inkomsten uit dienstbetrekking, althans als inkomsten uit arbeid in de zin van art. 22, eerste lid aanhef en letter b, IB '64, omdat belanghebbende in zijn positie een voordelig koersverschil ten tijde van de aankoop kon verwachten. Het Hof deed dat oordeel steunen op een zevental gevallen waarin belanghebbende effecten aan de bank heeft verkocht voor de ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.