FED 1999/216
HR, 10-03-1999, nr. 33 927
HR 10-03-1999, ECLI:NL:HR:1999:AA2715
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
10 maart 1999
- Zaaknummer
33 927
- LJN
AA2715
- Vakgebied(en)
Fiscaal bestuursrecht (V)
Belastingrecht algemeen / Algemeen
Europees belastingrecht / Algemeen
Europees belastingrecht (V)
Belastingheffing van motorrijtuigen / Algemeen
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:1999:AA2715, Uitspraak, Hoge Raad, 10‑03‑1999
- Wetingang
Uitspraak
Belanghebbende, X, woonachtig in Nederland, is in loondienst werkzaam bij een in Duitsland gevestigde werkgever, die X voor het verrichten van zijn werkzaamheden een, hier te lande niet geregistreerde, van een Duits kenteken voorziene personenauto ter beschikking stelde. X gebruikt de auto behalve voor werkzaamheden in België, Duitsland en Frankrijk mede voor woon-werkverkeer. In geschil is of de inspecteur terecht een naheffingsaanslag in de belasting van personenauto's en motorrijwielen, met verhoging, oplegde.
Op het beroep in cassatie van X overweegt de Hoge Raad: 's Hofs oordeel dat X niet aannemelijk heeft gemaakt dat met ingang van 1 januari ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.