BNB 2004/117
Verkoop van een deel van een onderneming vormt geen beletsel voor geruisloze inbreng, omdat het resterende deel op zichzelf een onderneming vormde
HR 12-12-2003, ECLI:NL:PHR:2003:AF8535, m.nt. R.P.C. Cornelisse
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
12 december 2003
- Magistraten
Putt-Lauwers, van der; Brunschot, van; Lourens, Bavinck; Berge, van den
- Zaaknummer
38 538
- Conclusie
A-G mr. Van Kalmthout
- Noot
R.P.C. Cornelisse
- LJN
AF8535
- JCDI
JCDI:ADS888736:1
- Vakgebied(en)
Onbekend (V)
Inkomstenbelasting / Algemeen
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2003:AF8535, Uitspraak, Hoge Raad, 12‑12‑2003
ECLI:NL:PHR:2003:AF8535, Conclusie, Hoge Raad (Parket), 12‑12‑2003
- Wetingang
Art. 18 Wet IB 1964
Essentie
Verkoop van een deel van een onderneming vormt geen beletsel voor geruisloze inbreng, omdat het resterende deel op zichzelf een onderneming vormde
Samenvatting
Belanghebbende dreef een onderneming, bestaande uit een tankstation, een garagebedrijf en een autowasserette. In september 1993 heeft hij verklaard dat hij zijn onderneming vanaf 1 januari 1993 dreef voor rekening en risico van een op te richten BV. In december 1993 heeft hij het tankstation verkocht. De verkoopopbrengst is, als onderdeel van de onderneming, ingebracht in de in 1994 opgerichte BV. De Inspecteur staat geen geruisloze inbreng toe.
HR: De tekst van art. 18 ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.