FED 1993/657
Belanghebbende koopt op de dag van haar oprichting van oprichtster, een NA NV, alle aandelen in een drietal werkmaatschappijen. De koopsom wordt eerst schuldig gebleven en daarna deels afgelost en deels omgezet in een geldlening. De inspecteur houdt met toepassing van art. 31 AWR geen rekening met de schuldig gebleven koopsom en de daarop volgende geldlening. De Hoge Raad stelt de inspecteur in het gelijk.
HR 10-03-1993, ECLI:NL:HR:1993:BH8423, m.nt. C.B. Bavinck
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
10 maart 1993
- Magistraten
Jansen; Linde, Van Der; Bellaart; Korthals Altes; Jansen
- Zaaknummer
27 992
- Noot
C.B. Bavinck
- LJN
BH8423
- JCDI
JCDI:ADS213302:1
- Vakgebied(en)
Fiscaal procesrecht / Algemeen
Fiscaal bestuursrecht / Algemeen
Belastingrecht algemeen / Algemeen
Vennootschapsbelasting / Algemeen
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:1993:BH8423, Uitspraak, Hoge Raad, 10‑03‑1993
- Wetingang
Essentie
Belanghebbende koopt op de dag van haar oprichting van oprichtster, een NA NV, alle aandelen in een drietal werkmaatschappijen. De koopsom wordt eerst schuldig gebleven en daarna deels afgelost en deels omgezet in een geldlening. De inspecteur houdt met toepassing van art. 31 AWR geen rekening met de schuldig gebleven koopsom en de daarop volgende geldlening. De Hoge Raad stelt de inspecteur in het gelijk.
Uitspraak
Het geschil betreft de uitspraak in de zin van art. 31 AWR voor het jaar 1981.
Vaststaat:
3.1. In 1974 zijn twee ex-werknemers van J NV, de heren G en I begonnen ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.