Inhoudsopgave
WFR 2003/1902:Aftrek van voorbelasting achteraf: de gebrekkige implementatie van art. 18, derde lid, Zesde richtlijn
WFR 2003/1902
Aftrek van voorbelasting achteraf: de gebrekkige implementatie van art. 18, derde lid, Zesde richtlijn
Documentgegevens:
Mr. G.J. van Slooten , datum 01-01-2003
- Datum
01-01-2003
- Auteur
Mr. G.J. van Slooten 1
- JCDI
JCDI:ADS741563:1
- Vakgebied(en)
Onbekend (V)
Europees belastingrecht / Inbreuk op het gemeenschapsrecht
Europees belastingrecht / Richtlijnen EU
Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
Het komt regelmatig voor dat uit uitspraken van rechterlijke instanties blijkt dat aftrekgerechtigde ondernemers aftrek van voorbelasting eerder ten onrechte werd onthouden. In de praktijk kunnen andere aftrekgerechtigde ondernemers dergelijke voorbelasting echter niet alsnog in vooraftrek nemen. Beleid van de Nederlandse fiscus staat hieraan in de weg. In deze bijdrage wordt ingegaan op het feit dat dit beleid in strijd is met het gemeenschapsrecht en dat deze ondernemers met een beroep op de rechtstreekse werking van art. 18, derde lid, van de Zede Richtlijn deze voorbelasting steeds in aftrek moeten kunnen nemen. Door de gebrekkigheid van de omzetting van deze ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.