Omgang in het kader van een ondertoezichtstelling

Documentgegevens:

Mr. J.A.E. van Raak-Kuiper , datum 01-03-2010

Datum: 01-03-2010
Auteur: Mr. J.A.E. van Raak-Kuiper *
JCDI: JCDI:ADS751505:1
Vakgebied(en): Personen- en familierecht / Gezag en omgang
Personen- en familierecht / Kinderbescherming
Wetingang: Boek 1 BW art. 257; Boek 1 BW art. 263a; Boek 1 BW art. 259;

Over de macht en onmacht van ouders, Bureau Jeugdzorg en de kinderrechter in omgangskwesties tijdens een ondertoezichtstelling

Terwijl de kinderrechter belast is met het uitspreken van de ondertoezichtstelling, heeft Bureau Jeugdzorg (Bjz)de opdracht om de ondertoezichtstelling uit te voeren.

Hiertoe behoort tevens het vormgeven van de omgang tijdens de ondertoezichtstelling. Ook dan is het immers belangrijk dat er omgang is tussen niet-verzorgende ouder(s) en het kind.

Bjz is echter niet de enige die het daarbij voor het zeggen heeft. De rechter heeft wat betreft de omgangsregeling een stevige vinger in de pap en hij kan in menige omgangskwestie ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.