FED 2000/184
Het achterhouden van relevant bewijs leidt in casu tot een schending van art. 6, eerste lid EVRM
EHRM 16-02-2000, ECLI:NL:XX:2000:AV2200, m.nt. E. Poelmann
- Instantie
Europees Hof voor de Rechten van de Mens
- Datum
16 februari 2000
- Magistraten
Wildhaber; Palm; Ferrari Bravo; Caflisch; Costa; Fuhrmann; Jungwiert; Fischbach; Zupancic; Vajic; Hedigan; Thomassen; Tsatsa-Nikolovska; Pantîru; Levits; Traja; Laws
- Zaaknummer
28901/95
- Noot
E. Poelmann
- LJN
AV2200
- JCDI
JCDI:ADS229474:1
- Vakgebied(en)
Belastingrecht algemeen / Algemeen
Europees belastingrecht (V)
Europees belastingrecht / Algemeen
- Brondocumenten
ECLI:NL:XX:2000:AV2200, Uitspraak, Europees Hof voor de Rechten van de Mens, 16‑02‑2000
- Wetingang
Art. 6, eerste lid EVRM
Essentie
Het achterhouden van relevant bewijs leidt in casu tot een schending van art. 6, eerste lid EVRM
Samenvatting
Het niet-overleggen van relevant bewijs aan de zittingsrechter en het hem niet toestaan om te beslissen op de vraag of dit bewijs openbaar moet worden gemaakt, is in strijd met art. 6, eerste lid EVRM.
Uitspraak
AS TO THE FACTS
I The circumstances of the case
A The offences
4 On the evening of 15/16 December 1988 a series of offences occurred in Surrey, England.
The first, which may have occurred sometime after 1.30 a.m., involved an attack on two ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.