BNB 1990/251
HR, 20-06-1990, nr. 26 556
HR 20-06-1990, ECLI:NL:HR:1990:ZC4322
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
20 juni 1990
- Magistraten
Vucht, Van; Linde, Van Der; Baardman; Bellaart; Korthals Altes
- Zaaknummer
26 556
- LJN
ZC4322
- Vakgebied(en)
Onbekend (V)
Belastingrecht algemeen / Algemeen
Inkomstenbelasting / Algemeen
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:1990:ZC4322, Uitspraak, Hoge Raad, 20‑06‑1990
- Wetingang
Samenvatting
Inspecteur rekent liquide middelen voor de Wet VB 1964 tot het ondernemingsvermogen en voor de Wet IB 1964 tot het prive-vermogen van belanghebbende
Aan de enkele omstandigheid dat de aanslag in de vermogensbelasting voor enig jaar op het punt van de door hem tot zijn ondernemingsvermogen gerekende liquide middelen overeenkomstig de aangifte is vastgesteld, kan een belastingplichtige niet het in rechte te beschermen vertrouwen ontlenen, dat de inspecteur bij de vaststelling van de aanslag in de inkomstenbelasting voor hetzelfde jaar ten aanzien van de liquide middelen hetzelfde standpunt zal innemen.
Uitspraak
ARREST
gewezen op het beroep in ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.