BNB 1991/29
HR, 20-06-1990, nr. 25976
HR 20-06-1990, ECLI:NL:HR:1990:ZC4312, m.nt. H.J. Hofstra
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
20 juni 1990
- Magistraten
Royer; Jansen; Baardman; Bellaart; Korthals Altes
- Zaaknummer
25976
- Noot
H.J. Hofstra
- LJN
ZC4312
- JCDI
JCDI:ADS690140:1
- Vakgebied(en)
Onbekend (V)
Omzetbelasting / Algemeen
Internationaal belastingrecht / Algemeen
Belastingrecht algemeen / Algemeen
Fiscaal strafrecht (V)
Inkomstenbelasting / Algemeen
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:1990:ZC4312, Uitspraak, Hoge Raad, 20‑06‑1990
- Wetingang
(Art. 21, tweede en derde lid, AWR)
Samenvatting
Vervalt de aan een rechtspersoon opgelegde verhoging nadat met haar directeuren een schikking is getroffen? Verhoging vervalt eveneens na verval van recht tot strafvordering ingevolge art. 74 Sr. Ook zonder een voorafgaand verzoek aan de inspecteur kan voor het hof een beroep worden gedaan op het vervallen van een verhoging.
Belanghebbende, een BV en exploitante van een schoonmaakbedrijf, heeft een gedeelte van haar omzet niet in haar administratie verantwoord en evenmin daarover aangifte gedaan, noch omzetbelasting afgedragen.
Na onderzoek vanwege het Openbaar Ministerie is met de vier directeuren van belanghebbende in dit verband een schikking getroffen, krachtens ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.