FED 1985/681
Aan een onduidelijke, door de fiscus uitgereikte 'bijsluiter' kunnen geen verwachtingen omtrent een door de fiscus te volgen gedragslijn worden ontleend. Onder die omstandigheden kan geen beroep worden gedaan op het beginsel van het opgewekt vertrouwen.
HR 19-06-1985, ECLI:NL:HR:1985:AW8244, m.nt. A. Harlaar
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
19 juni 1985
- Magistraten
Vroom; Stol; Jansen; Linde, Van Der; Roelvink
- Zaaknummer
22 851
- Noot
A. Harlaar
- LJN
AW8244
- JCDI
JCDI:ADS204479:1
- Vakgebied(en)
Onbekend (V)
Belastingrecht algemeen / Algemeen
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:1985:AW8244, Uitspraak, Hoge Raad, 19‑06‑1985
- Wetingang
Art. 19 en art. 22 Wet AWR
Essentie
Aan een onduidelijke, door de fiscus uitgereikte 'bijsluiter' kunnen geen verwachtingen omtrent een door de fiscus te volgen gedragslijn worden ontleend. Onder die omstandigheden kan geen beroep worden gedaan op het commit; beginsel van het opgewekt vertrouwen.
Uitspraak
Het geschil betrof de naheffingsaanslag loonbelasting 1981.
Vaststaat:
Voor het jaar 1980 werd door de fiscus in het algemeen aan inhoudingsplichtigen na het verstrijken van de wettelijke termijn waarbinnen afdracht van door hen ingehouden loonbelasting moest plaatsvinden, een schriftelijke waarschuwing gezonden waarbij de gelegenheid werd geboden alsnog binnen vijf werkdagen de afdracht te verrichten; uit praktische overwegingen is toen de ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.