Inhoudsopgave
WFR 2001/527:De Hoge Raad op een drielandenpunt
WFR 2001/527
De Hoge Raad op een drielandenpunt
HR 28 februari 2001, nr. 35 557Over de verdragsgerechtigdheid van een dual resident tot loser-land-verdragen
Documentgegevens:
Prof. mr. C. van Raad, prof. mr. T. Bender en mr. S.C.W. Douma , datum 01-01-2001
- Datum
01-01-2001
- Auteur
Prof. mr. C. van Raad, prof. mr. T. Bender en mr. S.C.W. Douma 1
- JCDI
JCDI:ADS182467:1
- Vakgebied(en)
Onbekend (V)
Internationaal belastingrecht / Belastingverdragen
Dividendbelasting / Algemeen
- Wetingang
art. 34 lid 2 BRK; art. 26 BuPo-verdrag; art. 4 lid 1 OESO-modelverdrag 1992; art. 94 Gw
Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
1. Inleiding
Op 28 februari 2001 heeft de Hoge Raad een opmerkelijk arrest 2 gewezen over de verdragsgerechtigdheid van een lichaam met een dubbele vestigingsplaats. Het arrest is opmerkelijk, primair omdat de Hoge Raad in het verdrag de toewijzingsbepaling inzake dividend uitlegt en toepast op een wijze die op gespannen voet staat met de in de verdragsbepalingen neergelegde onderlinge samenhang. Daarnaast valt op dat in het arrest een ongebruikelijke en discutabele uitlegging wordt gegeven aan de verdragswoonplaatsbepaling van het Verdrag Nederland-België.
De situatie die in het arrest aan de orde is, komt in de praktijk veel voor: van ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.