BNB 1999/52
Aanmerkelijk belang; verdrag sluit afrekening bij overlijden uit; verkrijgingsprijs erfgenaam
HR 11-11-1998, ECLI:NL:PHR:1998:AA2569, m.nt. I.J.F.A. van Vijfeijken
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
11 november 1998
- Magistraten
Jansen, R.J.J.; Bellaart; Moor, de; Brunschot, van; Vliet, van
- Zaaknummer
32 883
- Conclusie
A-G mr. Van den Berge
- Noot
I.J.F.A. van Vijfeijken
- LJN
AA2569
- JCDI
JCDI:ADS887940:1
- Vakgebied(en)
Onbekend (V)
Inkomstenbelasting / Algemeen
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:1998:AA2569, Uitspraak, Hoge Raad, 11‑11‑1998
ECLI:NL:PHR:1998:AA2569, Conclusie, Hoge Raad (Parket), 11‑11‑1998
- Wetingang
Art. 39, vijfde en negende lid, Wet IB 1964, tekst 1991
Essentie
Aanmerkelijk belang; verdrag sluit afrekening bij overlijden uit; verkrijgingsprijs erfgenaam
Samenvatting
Belanghebbende X en zijn echtgenote verkopen tot een aanmerkelijk belang behorende aandelen, die zij krachtens erfrecht hebben verkregen van C, de vader van de echtgenote. C woonde sinds 1939 in Engeland; de aandelen behoorden ook bij hem tot een aanmerkelijk belang. Een verzoek als bedoeld in art. 39, tiende lid, Wet IB 1964 is niet gedaan; ingevolge de geldende verdragsbepalingen zou zodanig verzoek bij C niet tot heffing hebben kunnen leiden. Het Hof oordeelt dat de verkrijgingsprijs niet op de voet van het negende lid, doch op de ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.