V-N 2004/65.15:GEMEENTELIJKE BELASTINGEN Het slechts van grote lozers rioolafvoerrecht heffen, is niet strijdig met gelijkheidsbeginsel. Belastingvrijstelling aan de voet. Evenredigheidsbeginsel

V-N 2004/65.15

GEMEENTELIJKE BELASTINGEN Het slechts van grote lozers rioolafvoerrecht heffen, is niet strijdig met gelijkheidsbeginsel. Belastingvrijstelling aan de voet. Evenredigheidsbeginsel

Documentgegevens:

HR 10-12-2004, ECLI:NL:HR:2004:AF7523, m.nt. Redactie Vakstudie Nieuws

Instantie: Hoge Raad
Datum: 10 december 2004
Magistraten: Pos; Monné; Amersfoort, van; Leemreis; Maanen, van
Zaaknummer: 38 291
Noot: Redactie Vakstudie Nieuws
LJN: AF7523
JCDI: JCDI:ADS904259:1
Vakgebied(en): Belastingen van lagere overheden / Gemeentelijke belastingen
Brondocumenten: ECLI:NL:PHR:2004:AF7523, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 10‑12‑2004
ECLI:NL:HR:2004:AF7523, Uitspraak, Hoge Raad, 10‑12‑2004
Wetingang: Art. 229 en 229b Gemeentewet

Essentie

Samenvatting

De gemeente Leiden heft rioolafvoerrecht voor het aantal kubieke meters water dat vanuit een eigendom wordt afgevoerd. Het tarief was in 1994 zodanig vastgesteld dat over de eerste 500 m3 afgevoerd afvalwater geen rioolafvoerrecht werd geheven. Deze heffingssystematiek had tot gevolg dat bijna 99% van de belastingplichtigen, de kleine lozers, in feite buiten de heffing van het rioolafvoerrecht bleef. De kleine lozers voerden tezamen ongeveer 89% af van de totale hoeveelheid afvalwater die op het riool werd geloosd. ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.