FED 2011/20
Artikel 10d Wet VPB 1969 is niet in strijd met de discriminatieverboden van artikel 26 IVBPR en artikel 14 EVRM
HR 07-01-2011, ECLI:NL:HR:2011:BO1303, m.nt. P.G.H. Albert
- Instantie
Hoge Raad (Belastingkamer)
- Datum
7 januari 2011
- Magistraten
Lourens; Bavinck; Overgaauw
- Zaaknummer
09/04375
- Noot
P.G.H. Albert
- LJN
BO1303
- JCDI
JCDI:ADS198529:1
- Vakgebied(en)
Vennootschapsbelasting (V)
Europees belastingrecht (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:PHR:2011:BO1303, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 07‑01‑2011
ECLI:NL:HR:2011:BO1303, Uitspraak, Hoge Raad, 07‑01‑2011
- Wetingang
Art. 10d VPB 1969
Essentie
Artikel 10d Wet VPB 1969 is niet in strijd met de discriminatieverboden van artikel 26 IVBPR en artikel 14 EVRM
Samenvatting
Het geschil betreft de aanslag vennootschapsbelasting 2004.
Uitspraak
OP HET BEROEP IN CASSATIE VAN BELANGHEBBENDE OVERWEEGT DE HOGE RAAD:
3.1.1. In cassatie kan van het volgende worden uitgegaan.
3.1.2. Belanghebbende drijft een accountants- en belastingadvieskantoor. Tot 2002 werden alle aandelen in belanghebbende gehouden door D Beheer BV (hierna: D), met welke vennootschap belanghebbende een fiscale eenheid vormde als bedoeld in artikel 15, lid 1, van de Wet op de vennootschapsbelasting 1969 (hierna: de Wet). Ten gevolge van de ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.