FED 2004/248
HR, 23-04-2004, nr. 38 780
HR 23-04-2004, ECLI:NL:HR:2004:AO8218
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
23 april 2004
- Zaaknummer
38 780
- LJN
AO8218
- Vakgebied(en)
Fiscaal bestuursrecht (V)
Fiscaal procesrecht / Algemeen
Belastingrecht algemeen / Algemeen
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2004:AO8218, Uitspraak, Hoge Raad, 23‑04‑2004
- Wetingang
Art. 8:33Awb
Samenvatting
Geen verplichting tot horen getuigen, omdat stelling belanghebbenden niet kon baten.
Uitspraak
De Hoge Raad oordeelt dat Hof Amsterdam niet verplicht was bepaalde getuigen te horen, omdat de stelling waarvoor bewijs was aangeboden belanghebbenden niet kon baten.
Belanghebbenden, X1 en X2, zijn het er niet mee eens dat Hof Amsterdam bepaalde getuigen niet heeft gehoord.
De Hoge Raad oordeelt echter dat de stelling waarvan X1 en X2 getuigenbewijs hebben aangeboden hun niet kon baten (HR BNB 1992/238). Het hof was dan ook niet verplicht de getuigen te horen. De Hoge Raad verklaart het beroep dus ongegrond. ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.