FED 1992/70:Belanghebbende, een in de Verenigde Staten gevestigde vennootschap met een vaste inrichting in Nederland, is een 100% dochter van de eveneens Amerikaanse A Inc., die zich bezighoudt met de aan- en verkoop van effecten en opties daarop op met name Amerikaanse effectenbeurzen. Belanghebbende verstrekt aan de in Nederland wonende belangstellenden onder meer informatie over de activiteiten van A Inc. en treedt als intermediair op bij de effectuering van de diensten die A aan Nederlandse afnemers verricht. Zij ontvangt ter zake van haar werkzaamheden een vergoeding van A Inc. In geschil is de vraag of belanghebbende recht heeft op aftrek van BTW. Hoge Raad: er moet van worden uitgegaan dat belanghebbende prestaties verricht als ondernemer. Terecht heeft belanghebbende de voorbelasting in aftrek gebracht. 's Hofs uitspraak en de gedingstukken bieden immers geen grond voor de veronderstelling dat op de prestaties van belanghebbende aan de moedermaatschappij een andere dan de in art. 11, eerste lid, letters i en j Wet OB 1968 omschreven vrijstelling kan gelden, terwijl, indien de in die letters omschreven vrijstelling van toepassing is, de aftrek op grond van art. 15, tweede lid, Wet OB 1968 toch doorgang kan vinden omdat de afnemer van die prestaties buiten de EG is gevestigd.