BNB 2008/256
Vraag of belanghebbende gebruiker was voor de onroerendezaakbelasting aan de orde gesteld in procedure over WOZ-beschikking
HR 08-08-2008, ECLI:NL:PHR:2008:BC5821, m.nt. W.J.N.M. Snoijink
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
8 augustus 2008
- Magistraten
Berge, van den; Monné; Maanen, van; Tijnagel; Heisterkamp
- Zaaknummer
42195
- Conclusie
A-G mr. Niessen
- Noot
W.J.N.M. Snoijink
- LJN
BC5821
- JCDI
JCDI:ADS170909:1
- Vakgebied(en)
Onbekend (V)
Belastingrecht algemeen / Algemeen
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2008:BC5821, Uitspraak, Hoge Raad, 08‑08‑2008
ECLI:NL:PHR:2008:BC5821, Conclusie, Hoge Raad (Parket), 08‑08‑2008
- Wetingang
Art. 220, onderdeel a, Gemeentewet; art. 22 en 24, derde lid, onderdeel b, Wet WOZ
Essentie
Vraag of belanghebbende gebruiker was voor de onroerendezaakbelasting aan de orde gesteld in procedure over WOZ-beschikking
Samenvatting
Belanghebbende had op 1 januari 2002 het genot krachtens eigendom, bezit of beperkt recht van een onroerende zaak, bestaande uit percelen grond met daarop een kantoorgebouw in aanbouw. De opstal was op die datum voor 40% gereed. In 2003 is het kantoorgebouw opgeleverd aan een derde, waarmee belanghebbende een koop-aannemingsovereenkomst had gesloten.
Belanghebbende heeft voor het Hof betoogd dat zij op 1 januari 2002 de onroerende zaak niet gebruikte. Het Hof heeft, na te hebben vastgesteld dat belanghebbendes beroep was gericht ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.