BNB 2005/28
Voor 1 januari 1997 verrichte werkzaamheden als psychotherapeut. Prejudiciële vraag.
HR 15-10-2004, ECLI:NL:HR:2004:AR3998
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
15 oktober 2004
- Magistraten
Putt-Lauwers, van der; Vliet, van; Lourens; Bavinck; Berge, van den
- Zaaknummer
39 627
- LJN
AR3998
- Vakgebied(en)
Onbekend (V)
Omzetbelasting / Algemeen
Europees belastingrecht / Algemeen
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2004:AR3998, Uitspraak, Hoge Raad, 15‑10‑2004
- Wetingang
Art. 11, eerste lid, onderdeel g, Wet OB 1968; art. 13, letter A, eerste lid, onderdeel c, Zesde richtlijn
Essentie
Voor 1 januari 1997 verrichte werkzaamheden als psychotherapeut. Prejudiciële vraag.
Samenvatting
Diensten van psychotherapeuten vielen voor 1 januari 1997 niet onder de vrijstelling van art. 11, eerste lid, onderdeel g, Wet OB 1968. De Hoge Raad legt het Hof van Justitie EG de vraag voor of art. 13, letter A, eerste lid, onderdeel c, Zesde richtlijn zo moet worden uitgelegd dat van BTW zijn vrijgesteld psychotherapeutische handelingen, verricht door een beroepsbeoefenaar die voldoet aan de wettelijke eisen voor registratie en is geregistreerd in het Register van Psychotherapeuten, ook indien die handelingen geen deel uitmaken van de uitoefening van een ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.