FED 2001/335
Grotendeels kwijtschelding van de verhoging wegens overschrijding redelijke termijn van art. 6
HR 15-11-2000, ECLI:NL:HR:2000:AA8311, m.nt. B. Emmerig
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
15 november 2000
- Magistraten
Jansen, R.J.J.; Moor, de; Brunschot, van; Vliet, van; Lourens
- Zaaknummer
35 536
- Noot
B. Emmerig
- LJN
AA8311
- JCDI
JCDI:ADS234000:1
- Vakgebied(en)
Onbekend (V)
Fiscaal procesrecht / Algemeen
Belastingrecht algemeen / Algemeen
Europees belastingrecht (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2000:AA8311, Uitspraak, Hoge Raad, 15‑11‑2000
- Wetingang
Art. 6 EVRM
Essentie
Grotendeels kwijtschelding van de verhoging wegens overschrijding redelijke termijn van art. 6
Samenvatting
De verhoging is opgelegd op 7 oktober 1994, nadat de mededeling van de beschuldiging als bedoeld in het derde lid van art. 6 EVRM was gedaan bij brief van 14 juni 1994. OP 3 mei 1995 heeft het hof belanghebbendes beroepschrift ontvangen. Het hof heeft op 26 januari 1996 een afschrift van dat beroepschrift naar de inspecteur verzonden De mondelinge behandeling van onderhavige zaak voor het hof heeft op 3 juni 1998 plaatsgevonden. Het hof heeft op 2 juni 1999 uitspraak gedaan. De hiervoor verleende omstandigheden ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.