BNB 2001/191
Vergoeding. Geen rechtstreeks verband tussen bijdragen van universiteiten en de door belanghebbende verrichte diensten
HR 06-12-2000, ECLI:NL:PHR:2000:AA8852, m.nt. A.L.C.Simons
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
6 december 2000
- Magistraten
Jansen, R.J.J.; Zuurmond; Moor de; Vliet van; Lourens
- Zaaknummer
35 254
- Conclusie
A-G mr. Van den Berge
- Noot
A.L.C.Simons
- LJN
AA8852
- JCDI
JCDI:ADS170906:1
- Vakgebied(en)
Onbekend (V)
Omzetbelasting / Algemeen
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2000:AA8852, Uitspraak, Hoge Raad, 06‑12‑2000
ECLI:NL:PHR:2000:AA8852, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 06‑12‑2000
- Wetingang
Art. 8 Wet OB 1968
Essentie
Vergoeding. Geen rechtstreeks verband tussen bijdragen van universiteiten en de door belanghebbende verrichte diensten
Samenvatting
Belanghebbende, een stichting, onderzoekt programmatuur ten behoeve van gedrags- en maatschappijwetenschappen. Zij heeft samenwerkingsovereenkomsten gesloten met o.a. zeven universiteiten, die haar (onderling verschillende) vaste jaarlijkse bijdragen verstrekken en daartegenover op verschillende manieren profijt hebben van haar werkzaamheden.
HR: Het Hof heeft ten onrechte een rechtstreeks verband aangenomen tussen de bijdragen en de door belanghebbende jegens de universiteiten verrichte diensten. Een rechtstreeks verband zou alleen aanwezig zijn indien belanghebbende bepaalde prestaties zou verrichten jegens elke universiteit afzonderlijk en de bijdrage van elke universiteit zo ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.