Hof Arnhem, 06-03-1967, nr. 388/1965

Belangh. oefent in firmaverband de houthandel uit en exploiteert daarnaast cfm. de regelen van een normaal bosbeheer een aantal bospercelen, welker houtopbrengst hij aan de firma verkoopt: deze exploitatie vormt de uitoefening van een bosbedrijf. Ook t.a.v. een in 1960 door belangh. verworven bosterrein, dat hij ca. 2 jaar later na algehele veiling van de kaprijpe houtopstand en verkoop van het hout aan de firma met winst heeft verkocht, heeft belangh. de grenzen van normaal bosbeheer niet overschreden; hij heeft ook hier niet in zijn hoedanigheid van houthandelaar, maar in die van exploitant van een bosbedrijf gehandeld.