V-N 1998/16.8
FISCAAL BESTUURSRECHT. FISCAAL BESTUURSPROCESRECHT Devolutieve werking van het beroep. Hoorplicht
HR 25-03-1998, ECLI:NL:HR:1998:AA2470, m.nt. Redactie Vakstudie Nieuws
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
25 maart 1998
- Magistraten
Jansen, R.J.J.; Bellaart; Putt-Lauwers, van der
- Zaaknummer
33 199
- Noot
Redactie Vakstudie Nieuws
- LJN
AA2470
- JCDI
JCDI:ADS899229:1
- Vakgebied(en)
Onbekend (V)
Fiscaal procesrecht / Algemeen
Fiscaal bestuursrecht / Algemeen
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:1998:AA2470, Uitspraak, Hoge Raad, 25‑03‑1998
- Wetingang
Art. 7:2 Awb
Essentie
FISCAAL BESTUURSRECHT. FISCAAL BESTUURSPROCESRECHT Devolutieve werking van het beroep. Hoorplicht
Samenvatting
Aan X is een aanslag inkomstenbelasting 1991 opgelegd. In zijn tegen die aanslag ingediende bezwaarschrift verzocht X om te worden gehoord, indien de inspecteur niet aan het bezwaar tegemoet zou komen. De inspecteur, die niet aan het bezwaar is tegemoetgekomen, heeft X eerst bij het indienen van een (pro forma) beroepschrift gehoord. In geschil is of X door de handelwijze van de inspecteur is benadeeld.
Hof Arnhem heeft geoordeeld dat de inspecteur X en zijn gemachtigde ten onrechte in de bezwaarfase niet heeft gehoord, maar eerst nadat ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.