FED 1997/519
Bij waardebepaling onroerende zaken dient rekening gehouden te worden met alle op dat tijdstip bekende feiten
HR 07-05-1997, ECLI:NL:HR:1997:AA2069, m.nt. M.J.G.A.M. Weerepas
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
7 mei 1997
- Magistraten
Stoffer; Urlings; Zuurmond; Pos; Beukenhorst
- Zaaknummer
32 237
- Noot
M.J.G.A.M. Weerepas
- LJN
AA2069
- JCDI
JCDI:ADS226877:1
- Vakgebied(en)
Inkomstenbelasting (V)
Inkomstenbelasting / Algemeen
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:1997:AA2069, Uitspraak, Hoge Raad, 07‑05‑1997
- Wetingang
Art. 35, 36 eerste lid, onderdeel e, art. 42a Wet IB 1964
Essentie
Bij waardebepaling onroerende zaken dient rekening gehouden te worden met alle op dat tijdstip bekende feiten
Samenvatting
Voor de toepassing van het huurwaardeforfait is voor de bepaling van de waarde in het economische verkeer van de woning van belang dat wat gegadigden op het tijdstip van de bepaling van de waarde bereid zouden zijn geweest te betalen, mits zij bekend waren geweest met de toestand van de grond.
Het hof oordeelde dat de kosten voor het aanbrengen van markiezen niet aftrekbaar zijn. Deze beoordeling is volgens de Hoge Raad een kwestie van feitelijke aard. Indien de markiezen roerende ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.