HR, 11-10-2002, nr. 36 845

Documentgegevens:

HR 11-10-2002, ECLI:NL:HR:2002:AE8730

Instantie: Hoge Raad
Datum: 11 oktober 2002
Zaaknummer: 36 845
LJN: AE8730
Vakgebied(en): Onbekend (V)
Inkomstenbelasting (V)
Fiscaal bestuursrecht / Algemeen
Belastingrecht algemeen / Algemeen
Brondocumenten: ECLI:NL:HR:2002:AE8730, Uitspraak, Hoge Raad, 11‑10‑2002
Wetingang: Art. 67e AWR oud; art. 7 Wet IB 1964

Samenvatting

Op rekening van belanghebbendes BV gestorte VUT-uitkering is door belanghebbende genoten. Verhoging. Toerekening kennis. Motiveringsgebrek.

Uitspraak

Belanghebbende, X, is directeur/enig aandeelhouder van B BV. Op zijn verzoek is hem met ingang van 1 oktober 1991 een volledige uitkering wegens vervroegd uittreden toegekend door de Stichting F. F heeft de uitkeringen van X overgemaakt naar een bankrekening van B BV. In geschil is of terecht aan X een navorderingsaanslag is opgelegd, alsmede de verhoging.

Op het beroep in cassatie van X overweegt de Hoge Raad: Het hof heeft geoordeeld dat X over de uitkeringen heeft beschikt door ze op ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.