FED 1996/715
Belanghebbende heeft op 31 december 1981 haar dochtervennootschap een lening verstrekt ter grootte van f 1 400 000. Daarnaast had belanghebbende een vordering in rekening-courant op haar dochtervennootschap. Belanghebbende heeft deze vennootschap, die niet aan haar financiële verplichtingen kon voldoen, met ingang van 1 januari 1984 geen rente meer in rekening gebracht en de vordering in rekening-courant in 1984 en 1985 afgewaardeerd tot nihil. De inspecteur heeft de voor de jaren 1985 en 1986 aangegeven belastbare winst verhoogd, mede in verband met de niet-berekende rente over de (totale) vordering op de dochtervennootschap. Hoge Raad: De feiten laten geen andere gevolgtrekking toe dan dat het door belanghebbende met ingang van 1 januari 1984 niet meer in rekening brengen van rente over haar vordering op haar dochtervennootschap geen oorzaak vindt in de aandeelhoudersrelatie, doch het gevolg is van insolvabiliteit van de dochtervennootschap.
HR 16-08-1996, ECLI:NL:HR:1996:AA2020, m.nt. H.B. Hieltjes
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
16 augustus 1996
- Magistraten
Jansen, R.J.J.; Linde, van der; Putt-Lauwers, van der
- Zaaknummer
31 196
- Noot
H.B. Hieltjes
- LJN
AA2020
- JCDI
JCDI:ADS226018:1
- Vakgebied(en)
Onbekend (V)
Inkomstenbelasting / Algemeen
Vennootschapsbelasting / Algemeen
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:1996:AA2020, Uitspraak, Hoge Raad, 16‑08‑1996
- Wetingang
Art. 7 Wet IB 1964; art. 8, eerste lid, Wet Vpb. 1969
Essentie
Belanghebbende heeft op 31 december 1981 haar dochtervennootschap een lening verstrekt ter grootte van f 1 400 000. Daarnaast had belanghebbende een vordering in rekening-courant op haar dochtervennootschap. Belanghebbende heeft deze vennootschap, die niet aan haar financiële verplichtingen kon voldoen, met ingang van 1 januari 1984 geen rente meer in rekening gebracht en de vordering in rekening-courant in 1984 en 1985 afgewaardeerd tot nihil. De inspecteur heeft de voor de jaren 1985 en 1986 aangegeven belastbare winst verhoogd, mede in verband met de niet-berekende rente over de (totale) vordering op de dochtervennootschap. Hoge Raad: De feiten laten geen andere ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.