BNB 1993/330
HR, 29-09-1993, nr. 28 400
HR 29-09-1993, ECLI:NL:HR:1993:BH8552
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
29 september 1993
- Magistraten
Jansen, R.J.J.; Linde, van der; Bellaart; Jansen, C.H.M.; Putt, van der-Lauwers
- Zaaknummer
28 400
- Vakgebied(en)
Onbekend (V)
Belastingrecht algemeen / Algemeen
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:1993:BH8552, Uitspraak, Hoge Raad, 29‑09‑1993
- Wetingang
Art. 29, tweede lid, AWR
Samenvatting
Nu belanghebbende de vereiste aangifte inkomstenbelasting niet heeft gedaan, is het aan hem om te bewijzen dat de aanslag onjuist is
Het Hof heeft vastgesteld dat belanghebbende winst uit onderneming aanzienlijk te laag en winst uit aanmerkelijk belang in het geheel niet heeft aangegeven. In de aanslag inkomstenbelasting heeft de Inspecteur bovendien een bedrag van f 698 003 begrepen dat belanghebbende op een bankrekening had gestort.
HR: belanghebbende heeft niet de vereiste aangifte gedaan. Het is daarom aan belanghebbende om te bewijzen dat de aanslag welke hem is opgelegd, onjuist is.
Voor wat het bedrag van ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.