V-N 1998/42.4
FISCAAL BESTUURSPROCESRECHT Ontvankelijkheid. Gebrek in cassatieberoepschrift niet binnen de termijn
HR 31-08-1998, ECLI:NL:PHR:1998:AA2360, m.nt. Redactie Vakstudie Nieuws
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
31 augustus 1998
- Magistraten
Jansen, R.J.J.; Putt-Lauwers, van der; Brunschot, van; Meij; Vliet, van
- Zaaknummer
33 108
- Noot
Redactie Vakstudie Nieuws
- LJN
AA2360
- JCDI
JCDI:ADS229732:1
- Vakgebied(en)
Onbekend (V)
Fiscaal procesrecht / Algemeen
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:1998:AA2360, Uitspraak, Hoge Raad, 31‑08‑1998
ECLI:NL:PHR:1998:AA2360, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 31‑08‑1998
- Wetingang
Art. 6:6 Awb
Essentie
FISCAAL BESTUURSPROCESRECHT Ontvankelijkheid. Gebrek in cassatieberoepschrift niet binnen de termijn
Samenvatting
X BV heeft een ongemotiveerd beroepschrift in cassatie ingediend. Bij brief van 1 april 1997, heeft de griffier van de Hoge Raad X BV in de gelegenheid gesteld het verzuim binnen zes weken na de dagtekening van de brief te herstellen.
De Hoge Raad overweegt: Nu herstel van het verzuim niet heeft plaatsgevonden en de Hoge Raad ook ambtshalve niet is gebleken van een grond waarop 's hofs uitspraak zou behoren te worden vernietigd, zal de Hoge Raad, gezien art. 6:6 Awb, X BV niet-ontvankelijk verklaren. ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.