FED 1999/217
HR, 10-03-1999, nr. 33981
HR 10-03-1999, ECLI:NL:HR:1999:AA2710
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
10 maart 1999
- Zaaknummer
33981
- LJN
AA2710
- Vakgebied(en)
Inkomstenbelasting (V)
Fiscaal procesrecht (V)
Belastingrecht algemeen / Algemeen
Inkomstenbelasting / Algemeen
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:1999:AA2710, Uitspraak, Hoge Raad, 10‑03‑1999
- Wetingang
Uitspraak
Belanghebbende, X, dreef in 1993 tezamen met zijn vader in maatschapsverband een melkveehouderij. Op 19 augustus 1993 sloot de maatschap met de SEP een overeenkomst die ertoe strekt dat de SEP op de percelen een recht van opstal verkrijgt ten behoeve van de aanleg en de instandhouding van een hoogspanningslijn. In de overeenkomst is bepaald dat de maatschap als vergoeding voor het recht van opstal en de uit de aanwezigheid van elekticiteitswerken voortvloeiende hinder en schade een eenmalig bedrag van ƒ 24 984 ontvangt, alsmede een nader vast te stellen bedrag voor de waardedaling van de percelen, indien zij ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.