BNB 1980/1
HR, 31-10-1979, nr. 19 425
HR 31-10-1979, ECLI:NL:HR:1979:AT1111, m.nt. Schuttevaer
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
31 oktober 1979
- Magistraten
Dijk, Van; Reynders; Martens; Vucht, Van; Vorm, Van Der
- Zaaknummer
19 425
- Noot
Schuttevaer
- LJN
AT1111
- JCDI
JCDI:ADS885676:1
- Vakgebied(en)
Onbekend (V)
Belastingen van rechtsverkeer / Algemeen
Belastingen van rechtsverkeer / Overdrachtsbelasting
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:1979:AT1111, Uitspraak, Hoge Raad, 31‑10‑1979
- Wetingang
Artt. 9 jo. 52 Bel. Rechtsverkeer
Samenvatting
Invloed van anti-speculatieregeling met kettingbeding op de waarde in het economische verkeer.
HR: door een kettingbeding wordt in de regel een resultaat bereikt dat in feitelijk en maatschappelijk opzicht zozeer overeenkomt met de toestand dat op het onroerend goed een zakelijk recht is gevestigd, dat alsdan met vorenbedoelde regeling - ook al betreft zij een persoonlijke verplichting - bij de bepaling van de waarde van het goed rekening moet worden gehouden.
Uitspraak
De Hoge Raad enz.;
Gezien het beroepschrift in cassatie van X te Z tegen de uitspraak van het Gerechtshof te 's-Gravenhage van 8 januari 1979 betreffende ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.