FED 2002/1
Art. 9 en 10 Wet IB 1964 (art. 3.25 en 3.30 Wet IB 2001). Bij toedeling van koopsom voor een onderneming aan goodwill en andere activa uitgaan van overwinstcapaciteit voor overnemer. Uitgaverechten kunnen slijten
HR 09-11-2001, ECLI:NL:HR:2001:AB3048, m.nt. R.P.F.M. Hafkenscheid
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
9 november 2001
- Magistraten
Groeneveld; Zuurmond; Brunschot, van; Vliet, van; Lourens; Oven, van
- Zaaknummer
36 657
- Noot
R.P.F.M. Hafkenscheid
- LJN
AB3048
- JCDI
JCDI:ADS234084:1
- Vakgebied(en)
Onbekend (V)
Inkomstenbelasting (V)
Vennootschapsbelasting (V)
Inkomstenbelasting / Algemeen
Vennootschapsbelasting / Algemeen
- Brondocumenten
ECLI:NL:PHR:2001:AB3048, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 09‑11‑2001
ECLI:NL:HR:2001:AB3048, Uitspraak, Hoge Raad, 09‑11‑2001
- Wetingang
Essentie
Art. 9 en 10 Wet IB 1964 (art. 3.25 en 3.30 Wet IB 2001). Bij toedeling van koopsom voor een onderneming aan goodwill en andere activa uitgaan van overwinstcapaciteit voor overnemer. Uitgaverechten kunnen slijten
Uitspraak
Het geschil betreft de aanslag vennootschapsbelasting 1994.
VASTSTAAT:
2.1 Belanghebbende is de moedermaatschappij van een uitgeef- en informatieconcern dat actief is in voornamelijk Europa en Noord-Amerika. Haar aandelen zijn genoteerd aan de beurzen van A, B en C. Zij is tevens de moedermaatschappij van een fiscale eenheid in de zin van artikel 15 van de Wet op de vennootschapsbelasting 1969. De besloten vennootschap ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.