BNB 2004/262
Invloed EG-recht op vermindering ter voorkoming van dubbele belasting; ambtshalve toepassing van EG-recht
HR 07-05-2004, ECLI:NL:PHR:2004:AO0075, m.nt. G.T.K. Meussen
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
7 mei 2004
- Magistraten
Pos; Amersfoort, van; Bavinck; Berge, van den; Leemreis
- Zaaknummer
38 067
- Noot
G.T.K. Meussen
- LJN
AO0075
- JCDI
JCDI:ADS888786:1
- Vakgebied(en)
Onbekend (V)
Belastingrecht algemeen / Algemeen
Europees belastingrecht / Algemeen
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2004:AO0075, Uitspraak, Hoge Raad, 07‑05‑2004
ECLI:NL:PHR:2004:AO0075, Conclusie, Hoge Raad (Parket), 07‑05‑2004
- Wetingang
Art. 48 EG-Overeenkomst (thans, na wijziging, art. 39 EG), art. 24 Verdrag Nederland-Italië t.v.v.d.b., art. 3 Besluit voorkoming dubbele belasting 1989; art. 10, vijfde lid, Besluit voorkoming dubbele belasting 2001; art. 29e, tweede lid, AWR
Essentie
Invloed EG-recht op vermindering ter voorkoming van dubbele belasting; ambtshalve toepassing van EG-recht
Samenvatting
Belanghebbende woont, naar het Hof heeft geoordeeld, in Nederland. Hij geniet naast inkomsten uit een dienstbetrekking in Nederland ook inkomsten uit een hoogleraarschap in Italië. Bij de vaststelling van zijn aanslag is rekening gehouden met de belastingvrije som, en, als persoonlijke verplichting, met rente en premies lijfrenteverzekering en ongevallenverzekering. De Hoge Raad verwerpt de tegen de uitspraak van het Hof gerichte klachten met toepassing van art. 81 Wet RO, en oordeelt vervolgens ambtshalve met betrekking tot de wijze waarop de vermindering ter voorkoming van dubbele ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.