V-N 2005/48.6
FISCAAL BESTUURSRECHT INKOMSTENBELASTING Navordering. Twaalfjaarstermijn
HR 07-10-2005, ECLI:NL:PHR:2005:AT5946, m.nt. Redactie Vakstudie Nieuws
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
7 oktober 2005
- Magistraten
Putt-Lauwers, van der; Brunschot, van; Lourens; Bavinck; Berge, van den
- Zaaknummer
40 889
- Noot
Redactie Vakstudie Nieuws
- LJN
AT5946
- JCDI
JCDI:ADS904788:1
- Vakgebied(en)
Fiscaal bestuursrecht / Algemeen
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2005:AT5946, Uitspraak, Hoge Raad, 07‑10‑2005
ECLI:NL:PHR:2005:AT5946, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 07‑10‑2005
- Wetingang
Art. 16 lid 4 AWR; art. 24 Wet IB 1964
Essentie
FISCAAL BESTUURSRECHT INKOMSTENBELASTING Navordering. Twaalfjaarstermijn
Samenvatting
De Hoge Raad is het met Hof 's-Gravenhage eens dat aan X ten onrechte buiten de 5-jaarstermijn een navorderingsaanslag inkomstenbelasting is opgelegd voor aan hem door tussenkomst van B BV en een Nederlandse bankinstelling op diens bankrekening in Nederland uitbetaalde provisiebedragen. De verlengde navorderingsbepaling is in casu niet van toepassing omdat de provisies niet zijn opgekomen aan X. Tevens ligt aan de ontvangst van de desbetreffende gelden door X slechts een binnen Nederland plaatsgevonden hebbende gedraging ten grondslag.
Uitspraak
Het geschil betreft de navorderingsaanslag inkomstenbelasting/premie volksverzekeringen voor het jaar 1996.
De hofuitspraak ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.