FED 2002/434
HR, 12-07-2002, nr. 35820
HR 12-07-2002, ECLI:NL:PHR:2002:ZC8145
- Instantie
Hoge Raad (Belastingkamer)
- Datum
12 juli 2002
- Magistraten
Wattel
- Zaaknummer
35820
- LJN
ZC8145
- Vakgebied(en)
Belastingen van rechtsverkeer (V)
Belastingen van rechtsverkeer / Algemeen
Belastingrecht algemeen / Algemeen
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2002:ZC8145, Uitspraak, Hoge Raad, 12‑07‑2002
ECLI:NL:PHR:2002:ZC8145, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 12‑07‑2002
- Wetingang
Art. 3:50, 3:53 en 6:228, tweede lid, BW; art. 15, eerste lid, onderdeel h, en art. 19, eerste lid, onderdeel b, Wet BRV
Samenvatting
Vernietiging overeenkomst tot overdracht van onroerende zaken. Belanghebbende heeft recht op teruggaaf van nageheven overdrachtsbelasting.
Uitspraak
Belanghebbende, X BV, kocht een aantal bedrijfspanden van vier zustervennootschappen. In de transportakte is een beroep gedaan op de vrijstelling van overdrachtsbelasting bij fusie. De inspecteur, van oordeel dat de vrijstelling niet van toepassing was, legt een naheffingsaanslag op. X BV heeft vervolgens bij buitengerechtelijke verklaring de koopovereenkomsten en de overdrachten vernietigd op grond van dwaling, omdat zowel zij als haar zustervennootschappen waren uitgegaan van de onjuiste veronderstelling dat de vrijstelling van toepassing was. De zustervennootschappen berustten in deze vernietiging. Bij notariële akte ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.