Renteaftrektemporisering: is er nog wel sprake van uitstel?

Documentgegevens:

Drs. P.J.J.M. Peeters , datum 01-01-2002

Datum: 01-01-2002
Auteur: Drs. P.J.J.M. Peeters 1
JCDI: JCDI:ADS740943:1
Vakgebied(en): Onbekend (V)
Vennootschapsbelasting / Winstbepaling
Wetingang: art. 15 lid 4 Wet VPB 1969; art. 15 lid 5 onder a Wet VPB 1969; art. 15 lid 5 onder b Wet VPB 1969; art. 15ad Wet VPB 1969 (voorstel); art. 10a lid 5 onder a Wet VPB 1969

De auteur gaat in op de renteaftrek temporisering uit het wetsvoorstel herziening fiscale eenheid (het voorgestelde art. 15ad Wet Vpb. 1969). Allereerst wordt de plaatsbepaling van de temporisering behandeld. Daarna vergelijkt hij de voorgestelde regeling met de huidige regeling op basis van enkele door hem geformuleerde aandachtspunten. Er blijven nog enkele aandachtspunten voor wetgeving danwel de algemene maatregel van bestuur over. Ook de vraag in de titel wordt van een antwoord voorzien.

1. Inleiding

De huidige regeling in art. 15, vierde lid, Wet Vpb. 1969 2 bepaalt dat de rente op een geldlening van een verbonden ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.