BNB 1996/276
Zaak Van Schijndel
HvJ EG 14-12-1995, ECLI:NL:XX:1995:AD4743, m.nt. M.W.C. Feteris (Van Schijndel)
- Instantie
Hof van Justitie van de Europese Gemeenschappen
- Datum
14 december 1995
- Magistraten
Rodríguez Iglesias; Kakouris; Edward; Puissochet; Hirsch; Mancini; Schockweiler; Moitinho de Almeida; Kapteyn; Gulmann; Murray; Jann; Ragnemalm
- Zaaknummer
C-430/93
C-431/93
- Noot
M.W.C. Feteris
- LJN
AD4743
- Roepnaam
Van Schijndel
- JCDI
JCDI:ADS887571:1
- Vakgebied(en)
Belastingrecht algemeen / Algemeen
- Brondocumenten
ECLI:NL:XX:1995:AD4743, Uitspraak, Hof van Justitie van de Europese Gemeenschappen, 14‑12‑1995
- Wetingang
Essentie
Zaak Van Schijndel
Samenvatting
HvJ EG: indien het nationale recht de rechter verplicht ambtshalve aan een interne regel van dwingend recht ontleende rechtsgronden in het geding te brengen, die niet door partijen zijn aangevoerd, geldt diezelfde verplichting indien het regels van gemeenschapsrecht betreft. Hetzelfde geldt indien het nationale recht de rechter de mogelijkheid geeft de dwingende rechtsregel ambtshalve toe te passen.
Het gemeenschapsrecht verplicht de nationale rechter er niet toe ambtshalve een rechtsgrond in het geding te brengen ontleend aan schending van gemeenschapsbepalingen, wanneer hij voor het onderzoek van dat middel de hem passende lijdelijkheid zou moeten verzaken ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.