BNB 1994/258
HR, 06-06-1994, nr. 29 628
HR 06-06-1994, ECLI:NL:HR:1994:AW2866, m.nt. P.J. Wattel
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
6 juni 1994
- Magistraten
Stoffer; Wildeboer; Zuurmond; Herrmann; Fleers
- Zaaknummer
29 628
- Noot
P.J. Wattel
- LJN
AW2866
- JCDI
JCDI:ADS887261:1
- Vakgebied(en)
Onbekend (V)
Belastingrecht algemeen / Algemeen
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:1994:AW2866, Uitspraak, Hoge Raad, 06‑06‑1994
- Wetingang
Samenvatting
Passeren van bewijsaanbod
Op grond van de stellingen van de Inspecteur is het vermoeden gerechtvaardigd dat een ontdekt bedrag aan geldmiddelen van f 885 000 voor een zeer belangrijk gedeelte is terug te voeren op in de jaren 1988, 1989 en 1990 door belanghebbende genoten inkomsten uit werkzaamheden, waaronder mogelijk ook inkomsten uit de handel in illegale substanties.
HR: 's Hofs daarop gegronde oordeel dat van belanghebbende mag worden verwacht dat hij een afdoende verklaring geeft met betrekking tot de herkomst van de gelden, geeft niet blijk van een onjuiste bewijslastverdeling.
Met zijn oordeel dat aan het ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.