FED 1992/694
Belanghebbende verkreeg een belang van 20% in een maatschap van huisartsen. De storting van f 80 000 als kapitaal in de maatschap berust niet op een overeenkomst waarbij belanghebbende de aanschaffing of verbetering van een bedrijfsmiddel heeft bedongen. Voor het verkrijgen van een investeringsbijdrage is niet vereist dat de juridische eigendom van een bedrijfsmiddel wordt verkregen; verkrijging van het economisch belang is voldoende.
HR 13-05-1992, ECLI:NL:HR:1992:ZC4983, m.nt. P.M. Verhagen
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
13 mei 1992
- Magistraten
Jansen; Linde, Van Der; Bellaart
- Zaaknummer
27 913
- Noot
P.M. Verhagen
- LJN
ZC4983
- JCDI
JCDI:ADS22742:1
- Vakgebied(en)
Onbekend (V)
Inkomstenbelasting / Algemeen
Inkomstenbelasting / Winst
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:1992:ZC4983, Uitspraak, Hoge Raad, 13‑05‑1992
- Wetingang
Art. 61a, eerste lid, Wet IB 1964 (tekst 1985)
Essentie
Belanghebbende verkreeg een belang van 20% in een maatschap van huisartsen. De storting van f 80 000 als kapitaal in de maatschap berust niet op een overeenkomst waarbij belanghebbende de aanschaffing of verbetering van een bedrijfsmiddel heeft bedongen. Voor het verkrijgen van een investeringsbijdrage is niet vereist dat de juridische eigendom van een bedrijfsmiddel wordt verkregen; verkrijging van het economisch belang is voldoende.
Uitspraak
Het geschil betrof de aanslag inkomstenbelasting 1985.
Vaststaat:
Belanghebbende, arts, is in 1985 met de artsen A en B een burgerlijke maatschap aangegaan. De maatschapsovereenkomst houdt, voorzover thans van belang, het volgende in: ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.