Rb. Haarlem, 23-04-2009, nr. AWB 08/3677
ECLI:NL:RBHAA:2009:BK0375
- Instantie
Rechtbank Haarlem
- Datum
23-04-2009
- Zaaknummer
AWB 08/3677
- LJN
BK0375
- Vakgebied(en)
Belastingrecht algemeen (V)
- Brondocumenten en formele relaties
ECLI:NL:RBHAA:2009:BK0375, Uitspraak, Rechtbank Haarlem, 23‑04‑2009; (Eerste aanleg - meervoudig)
- Vindplaatsen
V-N 2010/3.25 met annotatie van Redactie
NTFR 2009/2523 met annotatie van drs. P.B.R. Thiemann
Uitspraak 23‑04‑2009
Inhoudsindicatie
OB. Het verlaagde tarief op grond van post a.6 van de bij de Wet op de omzetbelasting 1968 behorende tabel I is van toepassing nu is voldaan aan de voorwaarden die zijn verbonden aan de goedkeuring in het Voorschrift tabel I en het Besluit van 27 september 2007, nr. CCP2007/536M. Soortgelijke producten dienen onder hetzelfde tarief te vallen.
RECHTBANK HAARLEM
Sector bestuursrecht, meervoudige belastingkamer
Procedurenummers: AWB 08/3677 en 08/3680
Uitspraakdatum: 23 april 2009
Uitspraak als bedoeld in afdeling 8.2.6 van de Algemene wet bestuursrecht (Awb) in de gedingen tussen
X B.V., gevestigd te Z, eiseres,
en
de inspecteur van de Belastingdienst te P, verweerder.
1. Ontstaan en loop van de gedingen
1.1.1. Eiseres heeft € 121.702 voldaan op haar aangifte omzetbelasting voor het eerste kwartaal van 2007.
1.1.2. Eiseres heeft € 31.293 voldaan op haar aangifte omzetbelasting voor het derde kwartaal van 2007.
1.2. Verweerder heeft bij uitspraken op bezwaar van 21 maart 2008 de bezwaren van eiseres tegen de onder 1.1.1 en 1.1.2 vermelde voldoeningen afgewezen.
1.3. Eiseres heeft daartegen bij brieven van 23 april 2008, ontvangen bij de rechtbank op
24 april 2008, beroep ingesteld.
1.4. Verweerder heeft op de zaken betrekking hebbende stukken en een verweerschrift ingediend.
1.5. Het onderzoek ter zitting heeft plaatsgevonden op 17 april 2009. Namens eiseres zijn verschenen A, Managing Director, B, European Controller, en haar gemachtigden, C en D, tot bijstand vergezeld van hun kantoorgenoot E. Namens verweerder zijn verschenen F en G. Met toestemming van partijen en de rechtbank hebben vijftien studenten en een docent de zitting bijgewoond. De gemachtigden van eiseres hebben een pleitnota voorgedragen en exemplaren daarvan overgelegd aan de rechtbank en aan verweerder. Tevens is een exemplaar van het H System (hierna: HS) getoond, alsmede een exemplaar van een ander, ouder, systeem.
2. Tussen partijen vaststaande feiten
2.1. Eiseres is onderdeel van een biofarmaceutisch concern dat het HS ontwikkelt en verkoopt. Het HS is ontwikkeld om pathogene stoffen (ziekteverwekkers) in het bloed onschadelijk te maken. Het HS wordt toegepast op onderdelen van donorbloed die bestemd zijn voor transfusie. Het HS beoogt het risico van ziekteoverdracht door transfusie te verminderen door het inactiveren van ziekteverwekkers zoals virussen, bacteriën en parasieten met behulp van een chemische stof, amotosalen HCl (S59), die het DNA en RNA van deze ziekteverwekkers binnendringt en onder invloed van ultraviolet licht een vaste verbinding aangaat met de ziekteverwekkers om deze onschadelijk te maken.
2.2. Het procédé van het HS wordt als volgt beschreven:
1. Het bloedbestanddeel wordt van de donor afgenomen door middel van een daartoe geschikt proces, dat geen deel uitmaakt van het HS. Vervolgens wordt het bloed gescheiden in verschillende bestanddelen met behulp van een scheidingsapparaat dat geen deel uitmaakt van het HS. Voor het HS worden uitsluitend de bloedplaatjes en het plasma gebruikt (hierna: het bloedbestanddeel).
2. Het bloedbestanddeel wordt tijdelijk opgeslagen in een daartoe bestemde houder. Deze houder wordt vervolgens aan het HS gekoppeld.
3. Het bloedbestanddeel druppelt het HS in. Eerst wordt een chemische stof toegevoegd, die door middel van ultraviolet licht wordt geactiveerd in de “illuminator”, een apparaat dat geen onderdeel uitmaakt van het HS. Het residu van ongeactiveerde chemische stof en de overgebleven “photo products” worden in het bloedbestanddeel gereduceerd met behulp van een absorptiemechanisme.
4. Na reiniging door middel van het absorptiemechanisme is het bloedbestanddeel gereed en wordt dit opgeslagen in de definitieve bewaarzak, die onderdeel uitmaakt van het HS.
2.3. Het HS wordt als één geheel verkocht en bestaat uit verschillende zakken, de chemische stof en het filter. De onderdelen van het HS, behalve de definitieve bewaarzak, worden na gebruik beschouwd als gevaarlijk afval en zijn niet geschikt voor hergebruik.
2.4. Indien het HS wordt gebruikt, kunnen de bloedbestanddelen langer worden bewaard dan mogelijk is bij gebruik van een ander systeem.
3. Geschil
3.1. In geschil is de toepassing van het omzetbelastingtarief op het HS. Eiseres betoogt dat het verlaagde tarief van toepassing is op grond van post a.6 van de bij de Wet op de omzetbelasting 1968 (hierna: Wet OB) behorende tabel I, hetgeen verweerder bestrijdt. Indien het gelijk op het eerste punt aan verweerder is, is voorts in geschil of het verlaagde tarief toepassing vindt op grond van het gelijkheidsbeginsel.
3.2. Eiseres concludeert tot gegrondverklaring van de beroepen, vernietiging van de uitspraken op bezwaar en vermindering van het verschuldigde bedrag aan omzetbelasting voor het eerste kwartaal van 2007 met € 12.374 en vermindering van het verschuldigde bedrag aan omzetbelasting voor het derde kwartaal van 2007 met € 6.819.
3.3. Verweerder concludeert tot ongegrondverklaring van de beroepen.
3.4. Voor de standpunten van partijen verwijst de rechtbank naar de gedingstukken en naar het aangehechte proces-verbaal.
4. Beoordeling van het geschil
4.1. Op grond van post a.6 van de bij de Wet OB behorende tabel I vallen geneesmiddelen als bedoeld in artikel 1, eerste lid, onder h en i, van de Wet op de Geneesmiddelenvoorziening, voorbehoedmiddelen, infusievloeistoffen, alsmede kennelijk voor geneeskundige doeleinden bestemde inhalatiegassen onder het verlaagde tarief van 6%. Tussen partijen is niet in geschil dat het HS niet onder de hiervoor geciteerde omschrijving valt, maar eiseres doet een beroep op een goedkeuring in het Voorschrift tabel I, omdat de daartoe gestelde voorwaarden naar haar mening vervuld zijn. Verweerder bestrijdt dat deze goedkeuring van toepassing is.
4.2. Volgens het Voorschrift wordt goedgekeurd dat een steriel medisch hulpmiddel voor eenmalig gebruik dat uitsluitend is bestemd voor het transport en / of de opslag van bloed, bloedcomponenten en infuusvloeistoffen en dat daarmee in aanraking komt, onder het verlaagde tarief wordt gerangschikt. Onder de bedoelde steriele medische hulpmiddelen vallen onder meer steriele, voor eenmalig gebruik bestemde infuus- en bloedfilters. Goederen die (ook) worden gebruikt voor diagnostische doeleinden vallen niet onder de goedkeuring. Daardoor vallen bloedbuisjes waarin afgenomen bloed wordt opgevangen en die bepaalde additieven, reagentia of testmiddelen bevatten, niet onder het verlaagde tarief. Dat geldt ook wanneer het doel van de in de bloedbuisjes aanwezige middelen niet verder reikt dan het afgenomen bloed - bijvoorbeeld door het voorkomen van stolling of door het afsplitsen van bestanddelen - geschikt te maken voor verder onderzoek. Het Voorschrift is met ingang van 27 september 2007 vervangen door het Besluit van 27 september 2007, nr. CPP2007/536M (hierna: het Besluit).
4.3. Naar het oordeel van de rechtbank voldoet het HS aan de voorwaarden die aan de goedkeuring in het Voorschrift en het Besluit zijn verbonden. Het HS is een steriel medisch hulpmiddel voor eenmalig gebruik dat met bloedbestanddelen in aanraking komt, en uit hetgeen ter zitting namens eiseres is aangevoerd kan worden afgeleid dat het HS is ontworpen om de kwaliteit van donorbloedbestanddelen te verbeteren en (dientengevolge) de opslagduur daarvan te verlengen. De bewerkte bloedbestanddelen worden tot de transfusie in de laatste zak van het HS bewaard. Het HS is derhalve uitsluitend bestemd voor de opslag en eventueel het transport van bloedbestanddelen. De stelling van verweerder dat de bloedbestanddelen als gevolg van het HS een chemische wijziging ondergaan, is namens eiseres gemotiveerd weerlegd. Het HS tast de samenstelling van de bloedbestanddelen niet aan, maar inactiveert de ziekteverwekkers die zich daarin bevinden. De met het HS behandelde bloedbestanddelen vervullen voor de ontvanger dezelfde functies als de eigen bloedbestanddelen, zonder de gevaren die de ziekteverwekkers in het bloed van de donor kunnen veroorzaken.
4.4. Het onder 4.3 gegeven oordeel wordt ondersteund door de vermelding van bloedfilters in het Voorschrift en het Besluit. Eiseres heeft ter zitting onweersproken gesteld dat het HS de nieuwe generatie vormt van een eerder ontwikkeld product dat ook werkt met een – andere – chemische stof om ziekteverwekkers te inactiveren en met een identieke of nagenoeg identieke filtermethode om de overtollige chemische stof te verwijderen. Dat product wordt als een bloedfilter beschouwd die onder het verlaagde tarief wordt gerangschikt. Hoewel eiseres niet heeft aangetoond dat dit product als zijnde een bloedfilter daadwerkelijk onder het verlaagde tarief valt, acht de rechtbank zulks wel aannemelijk gelet op de samenstelling en de werking daarvan.
4.5. Verweerder heeft ter zitting gesteld dat de goedkeuring in het Besluit beperkter zou zijn dan die in het Voorschrift vanwege de toevoeging van het woord “alleen”. De rechtbank verwerpt deze stelling, omdat uit de vaste jurisprudentie van het Hof van Justitie volgt dat soortgelijke producten onder hetzelfde tarief dienen te vallen. Nu het HS op zijn minst soortgelijk is aan de goederen waarop de in geding zijnde goedkeuring ziet, maakt de toevoeging van het woord “alleen” voor de beoordeling geen verschil.
4.6. Gelet op het vorenoverwogene dienen de beroepen gegrond te worden verklaard.
5. Proceskosten
De rechtbank vindt aanleiding verweerder te veroordelen in de kosten die eiseres in verband met de behandeling van de beroepen redelijkerwijs heeft moeten maken. Deze kosten zijn op de voet van het Besluit proceskosten bestuursrecht voor de door een derde beroepsmatig verleende rechtsbijstand vastgesteld op € 644 (1 punt voor het indienen van het beroepschrift, 1 punt voor het verschijnen ter zitting met een waarde per punt van € 322 en een wegingsfactor 1).
6. Beslissing
De rechtbank:
- verklaart de beroepen gegrond;
- vernietigt de uitspraken op bezwaar;
- vermindert het verschuldigde bedrag aan omzetbelasting voor het eerste kwartaal van 2007 met € 12.374;
- vermindert het verschuldigde bedrag aan omzetbelasting voor het derde kwartaal van 2007 met € 6.819;
- veroordeelt verweerder in de proceskosten van eiseres ten bedrage van € 644, en wijst de Staat der Nederlanden (Ministerie van Financiën) aan dit bedrag aan eiseres te voldoen;
- gelast dat de Staat der Nederlanden (Ministerie van Financiën) het door eiseres betaalde griffierecht van € 288 vergoedt.
Deze uitspraak is gedaan op 23 april 2009 en op dezelfde dag in het openbaar uitgesproken door mr. A. van Dongen, voorzitter, mr. M.H.L.C. Bijvoet en mr. A.E. Keulemans, rechters, in tegenwoordigheid van mr. S.A. Carter, griffier.
Afschrift verzonden aan partijen op:
De rechtbank heeft geen bezwaar tegen afgifte door de griffier van een afschrift van de uitspraak in geanonimiseerde vorm.
Rechtsmiddel
Tegen deze uitspraak kunnen partijen binnen zes weken na de verzenddatum hoger beroep instellen bij het gerechtshof te Amsterdam (belastingkamer), Postbus 1312, 1000 BH Amsterdam.
Bij het instellen van hoger beroep dient het volgende in acht te worden genomen:
1 - bij het beroepschrift wordt een afschrift van deze uitspraak overgelegd;
2 - het beroepschrift moet ondertekend zijn en ten minste het volgende vermelden:
a. de naam en het adres van de indiener;
b. een dagtekening;
c. een omschrijving van de uitspraak waartegen het hoger beroep is ingesteld;
d. de gronden van het hoger beroep.