BNB 1994/181
HR, 06-04-1994, nr. 29 248
HR 06-04-1994, ECLI:NL:HR:1994:BH9002, m.nt. G.J. van Leijenhorst
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
6 april 1994
- Magistraten
Jansen, R.J.J.; Linde, van der; Moor, de; Jansen, C.H.M.; Putt-Lauwers, van der
- Zaaknummer
29 248
- Noot
G.J. van Leijenhorst
- LJN
BH9002
- JCDI
JCDI:ADS887220:1
- Vakgebied(en)
Onbekend (V)
Belastingrecht algemeen / Algemeen
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:1994:BH9002, Uitspraak, Hoge Raad, 06‑04‑1994
- Wetingang
Samenvatting
Navorderingsaanslag vastgesteld door andere Inspecteur dan die welke de primitieve aanslag had vastgesteld
Aan belanghebbende was een aanslag in de inkomstenbelasting opgelegd door de Inspecteur te P. Vervolgens legde de inspecteur te Q een navorderingsaanslag op, waarna de Inspecteur te P nogmaals een navorderingsaanslag oplegde. Het Hof heeft deze laatste navorderingsaanslag vernietigd, ervan uitgaande dat de inspecteur te Q bevoegd was de eerste navorderingsaanslag op te leggen.
HR: een navorderingsaanslag kan slechts worden vastgesteld door de inspecteur die de aanslag heeft vastgesteld, dan wel het besluit geen aanslag op te leggen, heeft genomen. Dit brengt mee dat het ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.