FED 1998/578
HR, 26-08-1998, nr. 33518
HR 26-08-1998, ECLI:NL:HR:1998:AA2535
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
26 augustus 1998
- Magistraten
Jansen, R.J.J.; Moor, de; Putt-Lauwers, van der; Meij; Vliet, van
- Zaaknummer
33518
- LJN
AA2535
- Vakgebied(en)
Omzetbelasting (V)
Onbekend (V)
Omzetbelasting / Algemeen
Belastingrecht algemeen / Algemeen
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:1998:AA2535, Uitspraak, Hoge Raad, 26‑08‑1998
- Wetingang
Art. 11 Wet OB 1968; art. 7 Uitv.besl. OB 1968; Vertrouwensbeginsel, art. 13A Zesde richtlijn.
Uitspraak
Belanghebbende, X, exploiteerde van 1 januari 1987 t/m 31 december 1989 een kinderdagverblijf. In een brief van 24 februari 1992, gericht aan het Ministerie van Financiën, Directie Verbruiksbelastingen, vermeldt X' adviseur onder meer: 'De inspecteur der omzetbelasting te P, waaronder X ressorteert, heeft uitdrukkelijk en zonder enig voorbehoud schriftelijk verklaard dat een inkomen (exploitatieoverschot) dat niet hoger is dan de salarisregeling voor personeel in de kinderopvang, de vrijstelling niet in de weg staat. Er bestaat tevens nog ruimte voor een normale pensioenvoorziening. Een afschrift van de desbetreffende brief van 9 juni 1989 (...) treft u bijgaand aan.' Tot de ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.