BNB 1990/238
HR, 09-05-1990, nr. 23 765
HR 09-05-1990, ECLI:NL:HR:1990:ZC4280, m.nt. Reugebrink
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
9 mei 1990
- Magistraten
Royer; Jansen; Linde, Van Der; Baardman; Bellaart
- Zaaknummer
23 765
- Noot
Reugebrink
- LJN
ZC4280
- JCDI
JCDI:ADS886746:1
- Vakgebied(en)
Omzetbelasting / Algemeen
Internationaal belastingrecht / Algemeen
Belastingrecht algemeen / Algemeen
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:1990:ZC4280, Uitspraak, Hoge Raad, 09‑05‑1990
- Wetingang
Samenvatting
Geen recht op aftrek van in rekening gebrachte omzetbelasting welke uitsluitend op grond van art. 37 Wet OB 1968 is verschuldigd geworden. Naheffing kan in strijd zijn met een algemeen beginsel van behoorlijk bestuur
Voortzetting zaken BNB 1988/3 en BNB 1990/237 *
Uit de door het Hof van Justitie gegeven verklaring voor recht volgt dat belanghebbende ook aan de Zesde richtlijn geen aanspraak kan ontlenen op aftrek van haar in rekening gebrachte omzetbelasting, welke uitsluitend verschuldigd is geworden ingevolge art. 37 Wet OB 1968.
Slechts onder bijzondere omstandigheden kan een algemeen beginsel ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.